Nieuws

Hybride pensionering

Door de krapper wordende arbeidsmarkt is er veel veel aandacht voor een grotere arbeidsparticipatie. Terecht, want we kunnen alle verpleegsters, monteurs en ICT’ers gebruiken. De aandacht gaat uit naar (her)intreders, mensen in de werkzame beroepsbevolking die nu om allerlei redenen niet werken. Maar zijn we de uittreders vergeten?

Het is hoogconjunctuur, dus de arbeidsmarkt is weer strak gespannen. Het ene record aan vacatures volgt het andere op. De groei van bedrijven begint erdoor geremd te worden, de dienstverlening in de zorg loopt gevaar. Sommigen hopen dat met een beetje economische tegenwind de krapte wel zal afnemen. Helaas, zo een vaart zal het niet lopen. Want hoe hard het ook afkoelt, talrijke toekomstvoorspellingen wijzen op alleen maar meer krapte op de arbeidsmarkt. De vergrijzing betekent dat meer mensen uittreden dan intreden, en daar zit nu juist de sleutel. Veel oudere werknemers en ZZP-ers willen ook beroepsmatig actief blijven. Maar dan wel anders.

Een spraakmakend onderzoek van TNO en ROA schetst hoe dat ‘anders’ in te vullen. (Door)werkenden stellen eisen aan het werk: ze willen leuk werk, met flexibiliteit en autonomie. Anders gezegd, ze zoeken sociale steun en aansluiting bij hun persoonlijke interesses. Doorwerkers zijn heel vaak medewerkers bij een bedrijf die na hun pensioen ‘terugkomen’. Of ZZP-ers voor wie het passeren van een leeftijdsdrempel überhaupt geen issue is. Een transparante en aantrekkelijke arbeidsmarkt voor doorwerkers lijkt er daarnaast nog niet te bestaan, getuige het kleine aantal ouderen dat op late leeftijd na bijvoorbeeld ontslag een baan vindt. Daar ligt dus nog een opgave voor de toekomst. Van echte ‘hybride pensionering’, waarbij je deels blijft werken en deels andere dingen gaat oppakken is dus nog geen sprake. Maar het zou voor onze economie een aantrekkelijke nieuwe stap voorwaarts kunnen betekenen.